Digitalisering gaat de komende jaren care, cure en welzijn op een nieuwe manier met elkaar verbinden. Dat voorspelt bestuurder Erwin Bomers van zorgaanbieder Marga Klompé. “Waar we nu nog instituties als ziekenhuis en verpleeghuis kennen, gaan er andere zorgvormen ontstaan.” Daar zitten wel voorwaarden aan vast: sectoroverstijgende bekostiging, structurele financiering van digitale zorg en digitale emancipatie van de burger.
Continue nabijheid
Nu de druk op de ouderenzorg toeneemt, moet zorgaanbieder Marga Klompé op zoek naar nieuwe manieren om de eigen kernwaarden vorm te geven. Digitalisering is daarbij een onmisbaar hulpmiddel, gelooft Bomers. “Er is inmiddels voldoende bewijs dat digitalisering ook warm kan zijn. Juist met digitalisering kun je die warme kant overeind houden. Je voegt met digitalisering waarde toe op een manier die je in de analoge wereld helemaal niet kunt realiseren. Denk aan veiligheid en continue nabijheid. Nabijheid is nu een druk op de knop. Digitale technologie maakt dingen mogelijk die dat voorheen niet konden.”
Leefcirkels
Als voorbeeld noemt Bomers de inzet van slimme sensoren en camera’s in de nachtzorg. “Daardoor hoeven we onze cliënten niet constant meer te storen door te kijken of ze nog wel in bed liggen.”
Een ander voorbeeld vormen de zogeheten ‘leefcirkels’. Volgens Bomers wordt de vrijheid van dementerende cliënten vele malen vergroot door de digitale oppas-functie. “In de analoge wereld was het óf de deur op slot óf een verzorgende die continu moest zorgen dat mensen niet gingen dwalen of de stad in gingen lopen. Nu kunnen we met een sensor op afstand monitoren. Doordat we ze kunnen volgen, kunnen mensen gaan en staan waar ze willen. Dat doen we natuurlijk wel in overleg met de familie.”
Kwetsbaar
Als er al bezwaren tegen een dergelijke computer-oppas zijn, dan komen die volgens Bomers niet van de cliënten. “Bij cliënten merk ik helemaal niet zoveel weerstand is tegen digitale zorg. Ze vinden het vooral belangrijk dat de zorg tijdig en liefdevol is. Naarmate het gevoel van veiligheid afneemt, wordt digitalisering verder toegelaten. Als je kwetsbaar bent en je voelt je onveilig, is meekijken in een woon- of slaapkamer vaak geen probleem.”
Nieuwe werkelijkheid
En als de cliënten tevreden zijn, zijn de medewerkers dat uiteindelijk ook, constateert Bomers. “Onze klanten adopteren het soms makkelijker dan onze medewerkers. Die vragen zich af wat het betekent voor hun baan. Hoe moeten ze zich verhouden tot die nieuwe werkelijkheid waarin de technologische mogelijkheden steeds groter worden, terwijl we niet precies weten hoe het eruit gaat zien? Dat is spannend en uitdagend tegelijkertijd. Maar als het de cliënt helpt, zijn zorgprofessionals bereid om daar overheen te stappen.”
Quadruple aim
Hoewel immens belangrijk is klanttevredenheid uiteindelijk maar één van de factoren bij beantwoording van de vraag of, waar en hoe digitale zorg moet worden ingezet. “Wij proberen de wens van de cliënt voorop te zetten. Maar we weten ook dat het aantal zorgverleners alleen maar gaat afnemen. In de verhouding zorgvragers en zorgverleners komt steeds meer onbalans. Dus zoek je alternatieven. Als je het echt goed wilt doen, moeten die alternatieven beter zijn dan de oude situatie, zowel vanuit het oogpunt van goede zorg als financieel en qua inzet van personeel. Daarom verbinden we digitale zorg altijd aan de quadruple aim.”
Regionaal platform
Dit management-paradigma wil dat innovaties niet alleen een positieve invloed moeten hebben op kwaliteit, gezondheid en kosten, maar ook moet leiden tot een betere ervaring en beleving van medewerkers. Een ambitieuze doelstelling die dwingt tot samenwerking.
In de Achterhoek hebben de gezamenlijke zorgaanbieders hiertoe de vereniging Digitale Zorg Achterhoek (DZA) opgericht. De vereniging is verantwoordelijk voor een zorgacademie en een uitwisselingsplatform, de Geïntegreerde Regionale Data-infrastructuur Achterhoek (GERDA). Dit platform vervult een steeds prominentere rol bij verdere digitalisering van de zorg in de regio.
AI kan knelpunten voorspellen
“We komen nu in een fase waarin we data kunnen verzamelen over de organisaties heen”, legt Bomers uit. Dat is van cruciaal belang om knelpunten in de personele bezetting op te lossen. “Om gezamenlijk avond, nacht en weekenddiensten te kunnen doen, moet je in elkaars dossier kunnen kijken.”
Maar daar houdt GERDA wat Bomers betreft niet op. “GERDA is een platform waar al die informatie bij elkaar kan komen. Op basis daarvan zijn we nu voorzichtig aan het kijken of we daar AI op kunnen toepassen. Patroonherkenning door AI kan ons straks helpen om verbanden te zien die wij op het eerste oog niet zien. Nu zijn we vooral reactief in de zorg. We gaan zorg verlenen als iemand op de bel drukt. Informatietechnologie gaat ons helpen om proactief te zijn door te voorspellen waar het vast gaat lopen en waar het mis gaat. Ik denk bijvoorbeeld dat de huisarts al heel veel mensen in beeld heeft die over twee of drie jaar bij ons gaan wonen.”
Vergrijzing en ontgroening
Met de gezamenlijke aanpak toont de Achterhoek zich een voorloper op het gebied van regionalisering. Naast goede wil zijn het volgens Bomers vooral de lokale omstandigheden geweest die de aanbieders in elkaars armen gedreven hebben. “De Achterhoek is een geografisch afgebakend gebied met 400.000 inwoners. Met twee huisartsenverenigingen, twee ziekenhuizen, zes VVT-organisaties en acht gemeentes is het een overzichtelijk gebied. Daarbij is de vergrijzing een tandje verder dan in de rest van Nederland. We hebben ook te maken met ontgroening, want er is geen hogeschool of universiteit. Hoogopgeleide jongeren trekken dus de regio uit. Dat alles is de aanleiding geweest om samen te gaan acteren.”
Digitaal competent
Voorbeeldig als de huidige samenwerking is, ze vraagt ook continu onderhoud. “Het is de kunst om alle kikkers in de kruiwagen te houden”, zegt Bomers. “Iedereen zit op een ander level van digitalisering. De ene partij is bovendien groter dan de andere en kan dus andere investeringen doen. Voor de vereniging is het spannend om alle partijen aangesloten te houden. Is iedereen in staat om de eigen organisatie op vlieghoogte te brengen? Je kunt kennis ophalen uit het land en de vereniging, maar ben je in staat om de organisatie zo in te richten dat die digitaal competent is?”
Structurele financiering
Geld voor investeringen zou in dit opzicht welkom zijn, maar de financiering van digitale zorg is volgens Bomers nog verre van optimaal. “Het hangt nu van subsidies aan elkaar. Daar hebben we de afgelopen jaren op geleefd. Nu komen er IZA-gelden los. Maar je moet naar structurele financiering van digitale zorg die over de muren van Zvw, Wlz en Wmo heen gaat.”
PGO als pijler
Een bijzonder punt van zorg vormt wat Bomers betreft de doorontwikkeling van de persoonlijke gezondheidsomgeving (PGO). Die is bedoeld om de patiënt meer regie over eigen gezondheid te geven. Voor DZA een pijler voor een duurzaam zorgstelsel.
“Ik maak me er ernstig zorgen over of de PGO überhaupt het licht gaat zien,” zegt Bomers. “Professionals hebben hun eigen dossier. Maar ook de hulpvrager moet over die informatie kunnen beschikken. Als we van de hulpvragers die dat kunnen meer zelfregie gaan vragen, dan moeten zij alle data en informatie hebben en die kunnen delen met wie zij willen. De data en informatie van verschillende hulpverleners bevat een schat aan informatie en kennis die nu nog onzichtbaar is. Het ontsluiten van dat alles gaat écht impact hebben op de zorg. We staan nog maar aan het begin van deze revolutie in de zorg. Dat is spannend en uitdagend tegelijkertijd.”
Databeschikbaarheid is één van de kernthema’s tijdens Zorg & ict 2024. Het grootste health tech event van Nederland wordt van 9 tot en met 11 april gehouden in Jaarbeurs in Utrecht. Erwin Bomers treedt op als één van de keynotes op de mainstage. Registreer je gratis.